Nick Monshouwer
Ik heb een beeldende lesactiviteit voorbereid volgens het GLVF. Alleen is het GLVF heel moeilijk om op je blog te krijgen dus heb ik de belangrijkste onderdelen van mijn lesvoorbereiding hieronder gezet.
Onderwijsdoel
Na deze lesactiviteit kunnen de kinderen een park of bos schilderen in herfstkleuren.
Betekenis: De kinderen leren de kenmerken van de natuur in de herfst.
Vorm: De kinderen leren groepen van bomen en struiken in de ruimte goed weer te geven, door middel van overlapping of andere plaats op het grondvlak. Ook leren de kinderen het mengen van kleuren en hoe je verschillende tinten van één kleur kan krijgen, bijvoorbeeld van de kleur bruin.
Materiaal/techniek: De kinderen werken met plakkaatverf. En met verschillende dikte van kwasten, Ze hebben tissue's en een pot water om hun kwast schoon te maken. En ze krijgen papier om op te schilderen en papier om als palet te gebruiken.
Beschouwing: De kinderen leren kritisch te kijken naar de samenstelling van herfstkleuren. En de ruimtelijke ordening van het park op papier.
Werkwijze: De kinderen leren te beginnen met het maken van een lichte opzet met verdunde verf. Ze leren de kleuren te mengen op een palet, hoe ze de kleuren lichter en donkerder kunnen maken.
Onderzoek: De kinderen gaan experimenteren met het mengen van kleuren. Ook gaan ze onderzoeken hoe ze verschillende structuren kunnen aanbrengen door de kwast op andere manieren te gebruiken.
Oriëntatie
introductie: Ligt eraan in welk jaargetijde je deze les geeft. Als er buiten ook herfsttinten zijn kan je de kinderen meenemen naar buiten en dan samen de verschillende herfsttinten bekijken. Als deze les op een ander moment word gegeven kan je samen met de klas naar foto's/schilderijen van parken in herfsttinten kijken.
Uitleg/instructie
Informatie: Wanneer je gezamenlijk de foto's aan het bekijken bent kan je inspringen op de verschillende herfsttinten die er zijn. Bijvoorbeeld: lichtgeel, geel, oker, rood, wijnrood, bruin, lichtbruin, donkerbruin. etc. Je ziet niet alleen verschillen in kleur maar ook in licht en donker en fel en dof. De bladeren bovenop de boom zijn lichter van kleur omdat deze bladeren meer de kleur opvangen. Onderaan de boom zijn de bladeren donkerder omdat hier geen licht op valt. Hoe verder de bomen staan hoe doffer de kleuren zijn. Dus de bomen die op de voorgrond staan zijn fel van kleur.
Dit leg je aan de hand van een voorbeeld uit.
Instructie: Eerst begin je met het tekenen van een lichte waterige kader (geel), hierbij teken je ook de horizon. Je legt uit dat hoe hoger je het op je papier tekent (hoe dichter op de horizon) hoe verder weg het staat. Nu je een opzetje hebt gemaakt ga je kleuren mengen. Dit doe je op een papiertje (palet) zorg dat wanneer je van het gebruik van een donkere kleur naar een lichte kleur gaat dat je de kwast goed schoonmaakt. Je maakt gebruikt van de technieken: stempelen en tamponneren. Hierdoor krijg je gemakkelijk bladeren op je papier. Daarna voeg je kleuren zwart en wit toe. Hierdoor krijg je contrast in je schilderij en is het duidelijker dat de bomen achteraan doffer zijn van kleur (vergrijzing). Nadat je het voor hebt gedaan kunnen de kinderen zelf aan de slag.
Beschouwing: De kinderen leren kritisch te kijken naar de samenstelling van herfstkleuren. En de ruimtelijke ordening van het park op papier.
Werkwijze: De kinderen leren te beginnen met het maken van een lichte opzet met verdunde verf. Ze leren de kleuren te mengen op een palet, hoe ze de kleuren lichter en donkerder kunnen maken.
Onderzoek: De kinderen gaan experimenteren met het mengen van kleuren. Ook gaan ze onderzoeken hoe ze verschillende structuren kunnen aanbrengen door de kwast op andere manieren te gebruiken.
Oriëntatie
introductie: Ligt eraan in welk jaargetijde je deze les geeft. Als er buiten ook herfsttinten zijn kan je de kinderen meenemen naar buiten en dan samen de verschillende herfsttinten bekijken. Als deze les op een ander moment word gegeven kan je samen met de klas naar foto's/schilderijen van parken in herfsttinten kijken.
Uitleg/instructie
Informatie: Wanneer je gezamenlijk de foto's aan het bekijken bent kan je inspringen op de verschillende herfsttinten die er zijn. Bijvoorbeeld: lichtgeel, geel, oker, rood, wijnrood, bruin, lichtbruin, donkerbruin. etc. Je ziet niet alleen verschillen in kleur maar ook in licht en donker en fel en dof. De bladeren bovenop de boom zijn lichter van kleur omdat deze bladeren meer de kleur opvangen. Onderaan de boom zijn de bladeren donkerder omdat hier geen licht op valt. Hoe verder de bomen staan hoe doffer de kleuren zijn. Dus de bomen die op de voorgrond staan zijn fel van kleur.
Dit leg je aan de hand van een voorbeeld uit.
Instructie: Eerst begin je met het tekenen van een lichte waterige kader (geel), hierbij teken je ook de horizon. Je legt uit dat hoe hoger je het op je papier tekent (hoe dichter op de horizon) hoe verder weg het staat. Nu je een opzetje hebt gemaakt ga je kleuren mengen. Dit doe je op een papiertje (palet) zorg dat wanneer je van het gebruik van een donkere kleur naar een lichte kleur gaat dat je de kwast goed schoonmaakt. Je maakt gebruikt van de technieken: stempelen en tamponneren. Hierdoor krijg je gemakkelijk bladeren op je papier. Daarna voeg je kleuren zwart en wit toe. Hierdoor krijg je contrast in je schilderij en is het duidelijker dat de bomen achteraan doffer zijn van kleur (vergrijzing). Nadat je het voor hebt gedaan kunnen de kinderen zelf aan de slag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten